Regenboog

Er stierven, zo lees ik bij de koffie, in dit land vorig jaar achttienduizend mensen meer dan normaal. Roemloos gesneuveld in de oorlog tegen een onzichtbare vijand. Nog een laatste keer stonden wij daarbij stil, tijdens deze week van één jaar Covid.
We schetsten portretten van een leven in lockdown en onzekerheid, hoorden emotionele getuigenissen uit Wuhan en Italië en van De Onvermijdelijke Man in de Straat. Stemmen van onmacht, versmoord verdriet en een woede die zich diep vanbinnen geworteld had.

Toen vonden we het genoeg.
Genoeg over de schouder gekeken, we moeten vooruit. Je wint niets met het verleden op te rakelen, aan de horizon gloort weer hoop. De stemming kantelde. We lieten in onze huiskamers weer alledaagser berichten binnen, fait divers zonder belang, stof genoeg om halve nachten aan de toog vol te leuteren en glas na glas te legen. Wat mis ik toch die houten kruk en hardnekkige kroegtijgers. Je leek baas over de tijd, klessebeste zorgeloos urenlang over dingen die nergens toe doen.

We zouden het over FC De Kampioenen hebben gehad, ongetwijfeld. De acteurs zijn er klaar mee. ‘Eindelijk, daar drinken we op,’ zou iemand hebben gezegd, ‘wat een onding zeg.’
‘Belachelijk,’ zou ik hebben geantwoord. ‘Kijk dan niet. Er zijn tweeduizend kanalen op de kabel en meer streamingsdiensten dan dagschotels in een Xavier.’
‘Helaba,’ komt een ander tussen, ‘gaat daar mijn belastinggeld naartoe?’
‘Ach, dan beter betalen voor voetbal of het vragenuur uit het Vlaams Parlement? Patron, twee pintjes en een Duvel aub.’
Wat ik me afvraag, trouwens. Gaan wij, boomers, de laatste heruitzending van de laatste herhaling ook nog bewust meemaken?

Oprah, de Amerikaanse first lady van het spektakelinterview, nodigde een gesjeesd prinsenpaar op haar schoot. Grote ogen trekken, ademloze seconden zwijgend staren en dan ‘Wat?’ zeggen, hoeveel zou dat schuiven? Ik oefende alvast voor de badkamerspiegel en plaatste het filmpje op TikTok. Vooralsnog geen likes.
VRT kocht fluks de rechten en bond daarmee een miljoen kijkers aan haar buis. Much ado about nothing, noteerde een kritische bard uit Stratford-upon-Avon. Niet iedereen was het daarmee eens. Al zie je het levenslicht in een ogenschijnlijk bevoorrechte positie en kan je je oprijlaan plaveien met bankbriefjes, niets beschermt tegen eenzaam zijn, vernederd of gekwetst. Ik verleerde lang geleden al te oordelen over de pijn van een ander.

Dan was er ook nog Sky, naar verluidt de grootste politieactie ooit in dit land.
Men kraakte versleutelde telefoongesprekken, luistervinkte en bespioneerde als was 007 de Balthazar Boma van de spionage. Als er al zo makkelijk valt in te breken in beveiligde toestellen, hoe beschermd zijn dan de geheimen in mijn Galaxy S8? Grapje, ik besef zelf ook wel dat hier weinig interessants te rapen valt.
Gezagsdragers buitelden glunderend over elkaar. Iedereen was winnaar. Nog maar eens bleek de slimste mens ter wereld te wonen op het Schoon Verdiep. Hij had part noch deel aan de operatie maar speelde wel in prime time de hoofdrol in de televisiestudio’s. Allen droegen pauwenveren in hun gat, maar die van hem trokken toch de grootste ogen.

Mens en misdaad zijn als licht en schaduw.
In Tielt overleed een man na een aanval met een mes. Daar hoorde je verder nog weinig over. Meer beroering voor een gelijkaardig voorval in Beveren. Drie minderjarigen opgepakt. Alle focus ging naar de seksuele geaardheid van het slachtoffer, zelf stond ik enigszins geschokt stil bij de puberleeftijd van de daders. Hoe voelt dat, als vader of moeder? Er is nooit slechts één slachtoffer bij een misdrijf.

Menigeen sierde op Facebook zijn/haar/het profiel met een regenboog. Ik aarzelde. Destijds was ik ook even Charlie, een groot verschil had dat niet meteen gemaakt. Wat extra kleur op je foto jaagt de homohaat niet uit de wereld.
Toen las ik, ergens: “Dat je een opinie hebt over homo’s is normaal, maar dat je dan geweld gaat gebruiken is ontoelaatbaar.”
Hoezo, dacht ik, normaal? Hoezo heb jij een opinie over het seksleven van iemand anders? Het zijn precies al die opinies die iedereen zo nodig moet hebben – over huidskleur of religie, over geaardheid of afkomst of klederdracht – die de oorzaak vormen van al die ellende. Misschien laat jij je zelf wel graag door een …, nee, laat maar. Zoals gezegd, fijn dan voor jou, mijn zaken zijn het niet.

Toen bedacht ik: ook een eenvoudig gebaar biedt misschien soelaas. Een klein symbool op je tijdlijn maakt links en hopelijk ook rechts mogelijk toch een verschil. Opdat zij die vandaag bedroefd zijn en bang, zich daardoor misschien wat veiliger en getroost voelen. Omdat de mensen achter die kleuren hen één na één vertellen: ‘Mij maakt het niet uit, het is ok. Don’t worry, be happy.’
Dus plukte ik toch ook een regenboogje van het net. Er stond in: ‘Love is Love’.
Want zo is het maar net.

2 gedachten over “Regenboog”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s